|
|
Preek 02-09-2018 Offingawier
Preek 02-09-2018 Offingawier
Overdenking zondag 2 september 2018 Offingawier D
oor Dominee Jur Majoor
Thema: Open Deur Openbaring 3 : 7 – 8 en 20
Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Het thema is vandaag ‘Open deur’, maar wat betékent dat eigenlijk?
‘Een open deur is een bewering die vaak met enige stelligheid wordt geponeerd, maar die zó vanzelfsprekend is, dat deze feitelijk niet hoeft te worden gemaakt.
Een open deur intrappen of inlopen heeft geen zin. Je doet moeite voor niets, de deur ís al open.
In Turkije ligt een stadje met de naam Alasehir. Vroeger heette het ‘Filadelfia’. Johannes schreef erover in het boek Openbaring. We lazen het. Wie daar door de nauwe straatjes loopt, die valt het op dat overal de deuren van de huizen ópenstaan. Deze gewoonte verwijst naar onze bijbeltekst uit Openbaring 3!
Door die geopende deuren komt lucht en licht de woningen binnen en - wat minstens zo belangrijk is – zo houden de binnenwereld en de buitenwereld contact met elkaar. Zo’n huis lééft. Zo’n huis is de kerk.
In de bijbel lazen we over een sleutelfiguur, die de deur heeft geopend zonder dat iemand deze kan sluiten. Sluiten is niet de bedoeling, ópen die deur!
In de eerste eeuw na Christus ontstonden in het tegenwoordige Turkije 7 kleine christelijke gemeenten, waarvan er nu nog drie over zijn. Eén daarvan heet ‘Filadelfia’, ‘broederschap’ betekent dat. Er zal vast ook zusterschap geweest zijn. Er was een liefdevolle verbondenheid met elkaar en met Christus.
Filadelfia werd een zendingskerk met wervingskracht en met een open deur naar de wereld, naar Griekenland, Europa en verder. Deze kerk bestaat nog steeds!
Blijmoedig en vrijmoedig vertelde men tegen alle druk en bedreiging in die tijd van Jezus. Hoe actueel is dát voor de kerk, voor ons, vandaag?
De gemeente van Filadelfia blinkt nergens in uit. Ze heeft geen geestelijke krachtpatsers in haar midden. Het is een kleine geloofsgemeenschap van gewone mensen zoals u en ik. Maar ze leven wel in een goddeloze wereld. En tóch blijven ze in alle eenvoud trouw aan die ene Naam en iedereen mag het horen, de deuren blijven open!
Als u in uw jas of tas of broekzak voelt dan vindt u vast één of meerdere sleutels. Welke zijn sleutels voor ons het belangrijkste?
Hoe belangrijk is je huissleutel eigenlijk? Je bewaakt je veiligheid en geborgenheid.
En de fietssleutel, de autosleutel? Voor beweging, gezondheid, ruimte, reizen, werk? En zit de sleutel van de kluis of het geldkistje er ook aan de sleutelbos? En hoe belangrijk is dat? Maar zit ‘de kaai fan David dêr ek by sa’t de bibeltekst it beskriuwt? De kaai dy iepen meitsje kin en tichtmeitsje kin?
En dan klinkt het ineens met passie: ‘Zie ik sta aan de deur en ik klop’. Iemand wil graag bij ons binnenkomen! Doen wij persoonlijk de deur voor Hem open?
Wanneer hebt u, jij voor het laatst bij iemand aan de deur geklopt of gebeld?
Als wij in De Lege Geaën nadenken over het delen van het evangelie met mensen, in het pastoraat, dan kunnen we alleen iets kwijt als mensen er open voor staan. Als de deur van hun hart of de deur van hun huis voor je opengaat. Soms kun je er tegen opzien. Dat heb je wel eens bij sommige deuren… ik wel tenminste.
Het kan zwaar en frustrerend zijn als een deur dicht blijft. Als je merkt dat mensen geen belangstelling hebben, niet op het evangelie zitten te wachten of boos zijn op ‘de kerk’. Als je aanklopt en je tevergeefs weer naar een ander adres moet, dan besef je het weer: je bent wel geroepen, ‘maar niet altijd uitgenodigd.
De kerk is niet vanzelfsprekend meer in onze samenleving. Klein en kwetsbaar zijn we geworden, net als dat kleine kerkje van Filadelfia lang geleden.
Tóch wil de kerk een open deur zijn. Naar binnen en naar buiten. Maar voor veel mensen is het niet vanzelfsprekend dat de kerkdeur voor hen open staat.
In de bijbel lezen we dat de deur niet ‘iets’ is, maar ‘Iemand’!
In Johannes 10 : 9 zegt Jezus: ‘Ik ben de deur: wanneer iemand door Mij binnenkomt zal hij gered worden. Hij zal ín en uítlopen en hij zal weidegrond vinden.’ Met Christus’ ogen kun je naar binnen kijken, naar het eigen hart, en door de deur kun je naar buíten kijken, naar de wereld. In beide gevallen is het de vraag: Wat zie je, als je naar binnen kijkt? Donker, licht? Onrust, rust?
En wat zie je als je naar buiten kijkt. Wenkt de wereld jou? Stelt de wereld jou een vraag? Om hulp bijvoorbeeld, om zorg en aandacht?
Bij de deur bepaal je waarvoor je openstaat, wat je graag wilt ontvangen en wat je wilt geven.
Doe het dus tóch maar: ga heen en weer; kom binnen en ga naar buiten. Als we binnen zijn geïnspireerd, gaan we door de deur naar buiten, de wereld in!
Johannes is zeer positief over de kleine kwetsbare gemeente in Filadelfia. Ze maken hun naam waar: ze hebben een sterke onderlinge liefde en verbondenheid. Ook als ze het moeilijk hebben – ‘do hast net folle om by te setten’ – ‘likegoed hast dy oan myn wurd hâlden en bist my net ûntrou wurden.’ Gemeente, dát is nog eens een gemeente om je aan te spiegelen. En dat dógge wy ek. Sa’n tsjerke wolle wy wêze en binne wy bytiden ek!
Als we Christus als de deur erkennen – als toegang tot rust en de Bron van ons leven, dan ontdekken we in Hem een opening en verbinding tot God.
Wij worden daarbij gedragen door twee geweldige beloften.
1.Als wij bidden voor open deuren, mogen we vertrouwen dat God deuren zal openen, ook door ons mensenwerk heen. ‘Ik haw de doar foar dy iepenset en net ien kin dy mear ticht krije’. ‘Dit seit Hy dy’t hillich is en wier’. Dizze Soan fan David ís de kaai!
En 2: we mogen de belofte van Jezus voor ogen houden als Hij zegt: ‘je moet niet bezorgd zijn hoe of wat je spreken moet, want het zal je op dat moment gegeven wórden wat je spreken moet. Want jíj bent het niet die spreekt, maar de Geest van uw Vader, Die in jou spreekt.’ (Mat. 10:19-20).
Christus Zelf is de smalle poort waardoor een mens bij God kan komen.
Hij nodigt ons uit om bij Hem binnen te komen. Laten we die deur platlopen!
Of nee, de doar ís al iepen makke troch Kristus. Wy wurde mei iepen earms ûntfongen.
Vele deuren kent het leven,
open deuren, dichte deuren,
slaande deuren, kierende, krakende,
klemmende, piepende deuren.
Ménsen zijn als deuren,
jíj kunt open gaan of dicht,
afsluiten of nodigen,
drempel zijn of vergezicht.
Deuren zijn om dóór te gaan,
openingen, nieuwe kansen.
Deuren verbinden,
tussen buiten en binnen,
tussen wij en zij, tussen jou en mij.
Er is er Eén, Hij noemt zichzélf de deur,
Sleutel die ontsluit,
Bron van creativiteit.
Als je bij Hem binnengaat,
kom je in een vrije ruimte,
veilig, warm, echt thuis!
Het inzicht dat je hier ontvangt
geeft uitzicht op een gave wereld!
Amen.
| terug
|
|
|
|
|
|